Framing

Opeens was het in de mode om het in de communicatie over framing te hebben. We spreken over vijftien jaar geleden en ik werkte als communicatie-adviseur. Ik wilde er graag meer over weten en vroeg een proefschrift op dat helemaal aan framing gewijd was.


De inhoud van het proefschrift viel me enorm tegen. Ik kon niet anders dan vaststellen datlijst framing niets nieuws was en dat iedereen met ook maar een beetje gevoel voor of verstand van communicatie automatisch aan het framen is. In de politiek en de reclame doen ze niet anders. Als je wil laten zien dat een tefalpan een innovatief product is, dan verwijs je naar de ruimtevaart, waar tefal voor ontwikkeld is. Als je de consument wil laten geloven dat bakken in een tefalpan gezond is, dan zeg je dat je nauwelijks vet of olie nodig hebt. Vrij logisch toch? Maar dat heette opeens een frame.

Ik kwam tot de conclusie dat het begrip framing niets toevoegde aan onze inzichten over communicatie en dat het gebruik ervan onnodig en verwarrend is. Net zoiets als het potjeslatijn van de medici. Ik was dan ook blij dat het erop leek dat het woord een langzame dood aan het sterven was.

Helaas. Afgelopen zondag keek ik naar het programma Zomergasten, met terrorismedeskundige Beatrice de Graaf. Ze had best behartenswaardige dingen te zeggen. Maar welke woorden lagen haar in de mond bestorven? Juist. Frame. Framen. Framing. Ik heb het niet geteld, maar het kwam zeker tien keer terug. Ze zei onder andere: ‘Je zit nu meteen al in het frame dat dit tot terrorisme zou leiden.’ En: ‘Het kan ook zo geframed worden door de media.’ En: ‘Dan worden ze geframed als een terroristische groepering.’

Puur jargon, en nog onnodig ook. Al die keren had ze haar toevlucht kunnen nemen tot algemeen bekende woorden, waarmee ze goed, in mijn ogen zelfs beter, had kunnen vertellen wat er aan de hand was. Ze had het kunnen hebben over kader, referentiekader, vooroordeel, inkaderen, neerzetten, opvatten, denken…. Waarom moeilijk doen als het makkelijk kan? Voor de duidelijkheid: ik heb niks tegen het gebruik van Engelse woorden in de Nederlandse taal. Ze kunnen in een behoefte voorzien, bijvoorbeeld als ze verwijzen naar iets dat er eerst nog niet was, zoals computer. Maar ik ben allergisch voor Engelse en andere woorden, die we niet nodig hebben. Alsjeblieft, laten we het frame alsnog ten grave dragen!

Dit bericht is geplaatst in Communicatie en zo. Bookmark de permalink.

Eén reactie op Framing

  1. Peter R. Hein schreef:

    Veel erger vind ik nog dat vrijwel iedere reclameboodschap volledig overbodig met een Engelse kreet moet eindigen: “Power to you…Vodafone!!
    “Gilette, the best a man can get”
    etc etc.

    Overigens vond ik die Beatrice de Graaf erg goed. Die wist in heel hoog tempo precies waar ze het over had. Dan wil ik wel wat door de vingers zien 🙂

Reacties zijn gesloten.