Regie

Een zorginstelling die beweert dat bij hen de patiënt centraal staat, is hopeloos ouderwets. Je stelt je daarbij een bibberende patiënt voor, omringd door artsen, die haar bekloppen en bekijken en over haar hoofd heen in dokterstaal ernstig delibereren over haar centraalziekteverschijnselen en klachten. Echt zo jaren negentig! Later kwam het overlegmodel in de mode. De patiënt bevindt zich dan niet meer in het midden van de kring, maar maakt er deel van uit. Zij (of hij) praat mee met de dokters en andere zorgverleners over wat haar zou kunnen mankeren en over mogelijke behandelingen.

Ook dat is alweer verleden tijd. Tegenwoordig heeft de patiënt de regie! Idealiter gaat dat als volgt. De dokter luistert naar de patiënt en onderzoekt hem. Ze informeert de patiënt over wat er bekend is over de ziekteverschijnselen en wat de mogelijkheden en onmogelijkheden zijn. Over de vooruitzichten en de risico’s van de behandelingen. Wat de dokter kan doen, maar vooral ook: wat de patiënt zelf kan doen. En dan, eventueel na een nachtje slapen, vertelt de patiënt de dokter wat hij besloten heeft, hoe hij zich het vervolgtraject voorstelt. De rol van de dokter blijft beperkt tot informant, praatpaal en, soms, uitvoerder.

Persoonlijk ben ik een groot voorstander van dit regiemodel. Het doet het meeste recht aan het feit dat de dokter ook niet alles weet. Integendeel, voor het merendeel van wat een mens kan mankeren heeft de medische wetenschap geen sluitende oplossing. For the record: de alternatieve geneeskunde evenmin. Een medicijn of behandeling die bij de een helpt, helpt bij de ander niet. Je moet altijd rekening houden met bijwerkingen of complicaties. Hoe ver wil je gaan, als patiënt? Wat heb je over voor je gezondheid?

Jammer genoeg is het regiemodel niet voor elke patiënt geschikt. Het gaat uit van een patiënt die geleerd heeft haar verstand te gebruiken en dat ook kan als zij angstig of verward is. Die geleerd heeft om verantwoordelijkheid te nemen voor haar eigen bestaan en in staat is om voor zichzelf te kiezen tussen twee kwaden. Die hoofd- en bijzaken kan onderscheiden. Die onzekerheid kan accepteren. Die het hoofd koel houdt en niet in paniek raakt; ook wanneer het gaat om leven en dood. Dit zijn eigenschappen die niet iedereen bezit.

Verder is regie een wassen neus wanneer je als chronisch patiënt afhankelijk bent van anderen. Je moet nodig naar de wc, maar de verpleging is met iemand anders bezig. Of je mantelzorger is net even boodschappen doen. Waar blijft dan je regie? Of ‘de politiek’ vindt dat anderhalf uur hulp in de week genoeg is, zodat de vuilniszak staat te stinken in de keuken. En is een geestelijk ziek of dement persoon in staat om de regie over de eigen gezondheid ter hand te nemen? Dat is een ethisch dilemma, dat onmogelijk in regels te vatten is.

Vijftig jaar geleden leefde mijn lieve oma nog. Ze kon goed voor zichzelf, voor mijn opa en voor hun kleine huishouden zorgen. Ze had wel wat kwaaltjes: een pijntje hier, een pijntje daar, stijve rug, hoge bloeddruk. Om de paar weken kwam, op vrijdagmiddag, de huisarts bij haar langs. Hij hoorde haar zorgen aan, nam de bloeddruk op, luisterde naar haar hart, schreef een aspirientje voor en stelde haar gerust. Ze had een onwankelbaar vertrouwen in deze man. Zolang hij zei dat het allemaal wel goed zou komen, zou het allemaal wel goed komen. Had mijn oma hiermee de regie over haar eigen gezondheid? In zekere zin wel; je zult maar een huisarts hebben die om de paar weken komt kijken hoe het met je gaat! Maar het gaat hier niet over regie; het sleutelwoord is vertrouwen. Mijn oma wist heel goed dat de huisarts niet kon toveren, maar ze vertrouwde erop dat hij het beste met haar voor had. Misschien is dat waar het allemaal om draait. Regie is goed, maar vertrouwen is beter. Elke arts, elke zorgverlener, elk ziekenhuis moet keihard z’n best doen om dat vertrouwen waard te zijn.

Reageren? Heel graag. Hou er rekening mee dat het soms even duurt, voordat je reactie hier te zien is.

Dit bericht is geplaatst in De dokters en wij. Bookmark de permalink.

2 reacties op Regie

  1. J.Oberndorff schreef:

    Hallo Joke,

    Voor mijn gevoel ben ik allang de regie kwijt over mezelf. Net als je schrijft over je oma komt ook mijn huisarts om de tien weken even binnen, hij meet mijn bloeddruk en luistert naar mijn hart.
    Ik ben tachtig, heb een (incomplete of partiële) dwarslaesie en een trombose been.
    Als hulpmiddel had ik een trippelstoel, ik kon mijn eigen potje koken en daarbij was de stoel een welkome hulp, hij had een electromotertje waarmee ik omhoog en omlaag kon om in de keukenkastjes zonder opstaan mijn ingrediënten te pakken. Op een slechte dag weigerde het motortje dienst en belde ik via de verzekering een reparatiedienst. De afspraak was snel gemaakt, maar eerst moest nog over de indicatie gepraat worden. “Dat zit wel goed” , dacht ik, maar dat kwam heel anders uit. “U hebt een rolstoel en dan is de trippelstoel niet nodig, u kunt met de rolstoel ook trippelen”, was de conclusie, de regels zijn aangescherpt. Ik kon zeggen wat ik wilde, dat een rolstoel bij mijn aanrecht veel ongemakkelijker was en dat ik heel moeilijk telkens kon opstaan, werd allemaal weggewuifd, ze namen de trippelstoel mee.
    Over regie gesproken. Ik zal hier geen beschouwing geven over de onmenselijkheid van de zorgverzekering, maar toch is de conclusie dat de menselijke maat uit de hele zorg verdwijnt.

  2. Anneke Bor schreef:

    Mooi, Joke! Ik heb trouwens een buurvrouw, die ook al wat ouder is. Als je ouder wordt, krijg je PHPD, zegt ze.

    Pijntje Hier Pijntje Daar.

    Hartelijke groet,

Reacties zijn gesloten.